Voeding en wondzorg –

sneller genezen

Goede voeding is essentieel bij de wondgenezing en verkort de behandelingsduur. Goede begeleiding in de eerste lijn voorkomt opname en verkort de opnameduur.
Ondervoeding verhoogt het risico op wonden en vertraagt het genezingsproces. Veel patiënten met wonden zijn ondervoed, ze verkeren in een slechte voedingstoestand, terwijl de behoefte aan energie en eiwitten juist sterk verhoogd is. Veroudering en chronische ziekten bemoeilijken de wondgenezing nog extra.

 

Vicieuze cirkel

 

Als een patiënt met een wond onvoldoende eiwitten eet stagneert de eiwitsynthese, vervolgens kan er geen goed granulatieweefsel ontstaan. Vetweefsel afbreken kost meer zuurstof dan spierweefsel verbranden. Voor een ziek lichaam is het dus efficiënter om spieren af te breken. Als het lichaam te weinig eiwitten binnenkrijgt zal het lichaam proberen de vetvrije massa te herstellen, ten koste van de wondgenezing, waar immers ook eiwit voor nodig is. Het lichaam belandt in een toestand van metabole stress. Mensen met wonden zijn vaak bedlegerig en dat is funest voor behoud van de spiermassa. Als mensen op bed liggen én te weinig eten, gaat het twee keer zo hard. Dit proces ziet er in schema als volgt uit:

 

 

Voeding in de 3 wondfasen


In de wondgenezing worden drie fasen onderscheiden; de inflammatiefase, de proliferatiefase en de remodeleringsfase. In alle drie de fasen van de wondgenezing zijn macronutriënten (eiwitten, vetten, koolhydraten) en micronutriënten (vitaminen, mineralen en sporenelementen) noodzakelijk.

 

Eiwitten


Vooral eiwitten zijn essentieel in alle fasen van de wondgenezing. De eiwitbehoefte van een gezonde volwassene is 0,8 gram eiwit per kilo lichaamsgewicht. Voor een goede wondgenezing is gemiddeld 1,5 gram eiwit per kilo lichaamsgewicht nodig, dus bijna het dubbele. Bij decubitus zijn de adviezen afhankelijk van de categorie en kan de behoefte oplopen tot 2 gram eiwit per kilo lichaamsgewicht. De voedingsbehoefte is extra verhoogd bij koorts en infectie. Het lichaam is dan in stress, scheidt cytokinen en vocht af en heeft meer voedingsstoffen nodig. Eiwitgebrek remt of stopt niet alleen de wondgenezing, maar vormt ook een belangrijke risicofactor voor het ontstaan van een nieuwe wond.

 

Koolhydraten en vetten

Vaak worden de koolhydraten en vetten vergeten en wordt alleen op eiwitten en aminozuren gefocust. Koolhydraten en vetten zijn echter essentieel om de totale aanbevolen energie-inname te halen. Over het algemeen is de energiebehoefte (sterk) verhoogd en is afhankelijk van lengte, gewicht, leeftijd, geslacht, oppervlakte van de aangedane huid, activiteitenpatroon, stoelgang en medicatie. Bij koorts stijgt per graad de energiebehoefte met 12%. Bij een ernstige infectie is 40 tot 60% meer energie nodig, bij uitgebreide brandwonden zelfs 100%. Als de patiënt niet voldoende energie binnenkrijgt dan zal het lichaam alsnog de eiwitten in de spieren gaan aanspreken. De diëtist adviseert naast eiwitten en energie ook over de juiste soorten koolhydraten en (essentiële) vetten.

 

Vocht

Ook het belang van voldoende vocht moet niet worden onderschat. Dehydratie is een risicofactor voor het ontwikkelen van decubitus. Patiënten met decubitus hebben minstens 1,5-2 liter per dag nodig (meer bij veel vochtverlies). Bij koorts en een hogere decubitusgraad is extra vocht nodig, tot wel 2,5 liter per dag. Voldoende drinken is essentieel om het lichaam in goede conditie te houden en bevordert eveneens de genezing van de wond.

 

Wat doet de diëtist?

 

De diëtist berekent de (verhoogde) behoefte aan energie, macronutriënten, micronutriënten en vocht, berekent de huidige voedingsintake en het verschil tussen deze behoefte en intake. Vervolgens wordt er advies gegeven over een adequaat voedingspatroon en eventuele (indicatie specifieke) aanvullende dieetvoeding rekening houdend met de medische situatie.
Door ziekte, pijn, infectie en koorts is de eetlust vaak verminderd. De diëtist bespreekt adviezen rondom verminderde eetlust, vermoeidheid, verminderde smaak en reuk, snelle verzadiging en andere klachten als slijmvorming, kauw-, slik- en passageklachten. Kleine simpele adviezen kunnen al een enorm effect hebben.

De diëtist meet en evalueert de lichaamssamenstelling, waaronder de vetvrije massa.
Het doel van de behandeling kan preventief zijn; het verlagen van het risico op het ontwikkelen van decubitus, door het opheffen van de verminderde voedingstoestand en curatief; bijdragen aan het herstel van de wond en levert daarmee een bijdrage aan kwaliteit van leven.

 

Wanneer een diëtist inschakelen?

 

Preventief: bij (risico op) ondervoeding, onbedoeld gewichtsverlies van > 5% binnen 1 maand of > 10% binnen 6 maanden en/of indien BMI < 20 kg/m2 of BMI > 30 kg/m2 .

 

Curatief: bij wonden/decubitus, zeker als de wondgenezing niet volgens verwachting verloopt. Als de eetlust van de patiënt verminderd is en/of als er sprake is van polyfarmacie.

Het is van belang om de diëtist tijdig in te schakelen, omdat het meestal veel moeite kost om de achterstand weer in te halen.

 

Onze diëtisten helpen graag bij goede voeding rondom wondgenezing. De diëtist wordt 3 uur vergoed vanuit de basisverzekering en daarnaast evt. uit de aanvullende verzekering en/of de ketenzorg. Op verzoek is een huisbezoek mogelijk.

 

 

Referenties:

 

Artsenwijzer Diëtetiek 2017.

 

National Pressure Ulcer Advisory Panel, European Pressure Ulcer Advisory Panel and Pan Pacific Pressure Injury Alliance. Prevention and Treatment of Pressure Ulcers: Quick Reference Guide. Emily Haesler (Ed.). Cambridge Media: Perth, Australia; 2014.

 

Demling RH. Nutrition, Anabolism, and the Wound Healing Process: An Overview. ePlasty. 2009;9:65-94.

 

Schols JMGA, Meijer EP et al. Een Europese richtlijn over voeding en decubitus. Tijdschrift voor VerpleeghuisGeneeskunde. 2007 (32):100-03.