Wat proef jij?

 

Smaak proeven we voornamelijk met de tong. Vroeger werd gedacht dat we zoet met het puntje van de tong proefden en zout, zuur en bitter weer met andere delen van de tong. Dit is tegenwoordig achterhaald. Op elk gebied van de tong proeven we deze 5 smaken met als laatste, nieuwe smaak; umami. Niet alleen de tong kan smaken proeven. Ook het gehemelte kan deze smaken waarnemen. Probeer maar eens wat zout of suiker tegen het gehemelte te plakken en je zal deze smaken proeven, zonder dat het de tong heeft geraakt.

 

In de smaakpapillen zitten zenuwen. Als we iets proeven geven de zenuwen de smaak door aan de hersenen die bepalen of we een smaak lekker vinden of niet. Het aanleren van smaken begint al in de baarmoeder. De baby ontwikkelt al bij 12 weken smaakpapillen en krijgt smaken te proeven via de voeding van de moeder. Zo kan er al voor de geboorte invloed worden uitgeoefend op de smaakvoorkeuren van een kindje. In de jonge jaren gaat deze ontwikkeling in een razend tempo door. Tot het eerste levensjaar staat een kindje het meest open voor nieuwe smaken. Daarom is ook het advies om in dit eerste jaar (vanaf 4-6 maanden) veel smaken aan te bieden, zodat het kindje en ook de ouders hier later profijt van hebben.

 

Toch blijft elk individu een voorkeur hebben voor zoet. Dit komt omdat met name zoet, suikers, in het eerste jaar van een kindje zo belangrijk is voor de ontwikkeling en groei. Daardoor is er een aangeboren voorkeur voor zoet. Zuur en bitter hebben vaak niet de voorkeur. Dit komt voort uit het verre verleden, waarin mensen nog van de natuur moesten leven. Zure en bittere producten waren vaak giftig en konden daarom het beste worden vermeden.

 

Of voorkeuren voor smaak alleen ontstaan vanuit de tong valt dus te betwijfelen. Ook andere zintuigen werken hieraan mee. Een voedingsmiddel kan er namelijk helemaal niet aantrekkelijk uitzien, of niet lekker ruiken, terwijl de smaak misschien prima is. Omdat de geur en het aangezicht dan ook meewegen in de smaakvoorkeur, kan iemand het product daardoor toch als vies bestempelen. En ook genetisch wordt er al veel bepaald met betrekking tot de smaakvoorkeuren. Dit wil echter niet zeggen dat smaakvoorkeuren niet aan te leren zijn.

 

 

diëtiste