Vorige week hebben we gekeken naar de uitwerking van eiwitten, fosfor en kalium op de nieren. Deze week kijken we naar natrium en water. Ook deze voedingsstoffen kunnen namelijk een invloed hebben op de nieren en zeker bij een verminderde nierfunctie is het belangrijk die twee in de gaten te houden.
Natrium
Natrium vind je in zout (NaCl): 1 gram zout bevat 0,4 gram natrium. Veel Nederlanders krijgen eigenlijk te veel zout binnen, doordat we vaak veel brood met kaas of vleeswaren eten. Ook de ingeblikte groenten uit de supermarkt bevat vaak veel zout en verder lusten de meeste Nederlanders best wel eens een dropje, iets waar ook veel zout in zit. Ook met koken wordt er regelmatig zout toegevoegd aan de maaltijd en het stukje vlees wordt flink gekruid, dit stapelt allemaal op.
Deze opstapeling kan soms te veel zijn voor onze nieren. In het lichaam zorgen de nieren voor de juiste zoutbalans, maar als de nieren minder goed kunnen functioneren blijft er veel zout achter. Dit zout zorgt er vervolgens voor dat er ook meer vocht blijft hangen in het lichaam, wat weer tot oedeem kan lijden of een verhoogde bloeddruk kan veroorzaken. Daarom is het belangrijk om niet meer in te nemen dan de maximale hoeveelheid van 6 gram zout per dag, wat neerkomt op 2,4 gram natrium per dag. Dit is de maximale hoeveelheid, de advieswaarde is 1,5 gram natrium per dag voor volwassenen. Dit komt neer op 3,75 gram zout.
Wanneer de natriuminname beperkt moet worden komt hier een diëtist bij kijken, die kan beoordelen wat nodig is en wat niet. Dit is belangrijk omdat te weinig natrium ook weer niet goed is, dit kan o.a. braken, hoofdpijn en uitdroging tot gevolg hebben. Het is dus verstandig om altijd een diëtist te benaderen bij het eventueel beperken van voedingsstoffen.
Water
Water is heel belangrijk voor de nieren, omdat water nodig is om gifstoffen af te voeren. Voor de gemiddelde mens wordt geadviseerd om 1,5 tot 2 liter water per dag te drinken. Wanneer de nieren alleen niet meer zo goed functioneren kunnen ze water ook niet meer zo goed verwerken en blijft dit soms achter in het lichaam. Dit kan dan oedeem veroorzaken, dat houdt in dat het vocht gaat ophopen in bijvoorbeeld de benen, die worden dan heel dik en zwaar. Dit is natuurlijk heel onprettig en willen we voorkomen. Ook kan een grote hoeveelheid vocht zorgen dat de bloeddruk verhoogd wordt en ook dit willen we voorkomen. We willen het hart niet onnodig overbelasten. Bij een verminderde nierfunctie wordt soms een vochtbeperking geadviseerd, dit geldt dan niet alleen voor drinken, maar ook voor fruit en andere vochtrijke voedingsmiddelen. Belangrijk is dat dit alleen uitgevoerd wordt op advies van een arts, te weinig vocht is namelijk ook niet goed omdat dit nodig is voor o.a. de afvoer van gifstoffen in het lichaam.
Tot slot
Natrium, vaak enkel als zout aangeduid, en water spelen samen een rol bij de vochthuishouding in het lichaam. Het is belangrijk dat dit de juiste balans heeft, omdat te veel vocht vervelende problemen kan geven, maar te weinig vocht kan leiden tot uitdroging of ophoping van gifstoffen. Daarom is het belangrijk om een diëtist te benaderen wanneer je mogelijk één van beide moet minderen.